Bemelmans, die in 1974 een penning voor de Vereniging gemodelleerd had, was opnieuw gevraagd voor een vrij onderwerp. Hij koos voor een integratie van voor- en keerzijde, een vrouw zittend voor een venster met een vogel. Het raam steekt als een affuit naar buiten, de borstomvang van de vrouw minimaliserend. De behandeling van het gezicht dot denken aan de opvattingen van Henry Moore in de jaren dertig. De keerzijde laat zien hoe sterk de geïntegreerde keerzijde is met de voorzijde: daar is, plastisch gezien, het hoofdmotief, maar er is geen hiërarchie. Een stevig gebouwde vrouw op de rug gezien, zittend voor een venster. Haar vormen zijn algemeen gehouden maar geven een suggestie van gezondheid en kracht. Omdat het hoofd zo klein gehouden is valt de nadruk op de lichamelijkheid. Het sterk gepolijste oppervlak voelt prettig aan en nodigt uit tot aftasten. Dan bemerkt men de beweeglijkheid van het fond en de zelfstandigheid van het plastiek, gevat binnen een cirkel die een verhaal vertellen wil.