In jaren had een Verenigingspenning niet zo'n prachtig vlak als de Ganzevlucht van Letterie. Een minimum aan verhoging, een zeer licht, korrelig oppervlak waar op de ene zijde een vliegende gans opdoemt, op de andere zijde twee met de vleugel van een derde. De lijnen vloeien ritmisch en krachtig; aan de onderrand van de vleugels zijn met parallelle incisies de veren en staart weergegeven. Het net niet gladde oppervlak geeft een suggestie van mist en wolken: herfsttij als de vogels gaan trekken naar warmer streken. Op de zijde van de ene vogel - en de titel - is een Jugendstilachtige lijn ingebracht met een elegante krul om het penningrond niet te star te maken en een visueel antwoord te geven op de gebogen plaatsing van de letters. Het ontwerp bezit zo'n prachtige verstilling dat de literaire verwijzing naar Niels Holgersson, de jongen uit het boek van Selma Lagerlöf, niet opvalt. Hij is tot kabouterformaat omgetoverd, vliegt mee op de rug van de ganzerik en beleeft zo zijn avonturen in heel Zweden. Zijn voetje steekt onder de vleugel van de bovenste gans uit.